Romige Thaise pindasoep met noedels en paksoi

Recept stappen

1. Breng een ruime pan water met zout aan de kook voor de noedels. Kook de noedels in 6 minuten gaar. Roer aan het begin goed door om plakken te voorkomen. Giet af en spoel af met koud water om plakken te voorkomen.
2. Maal de pinda’s met ongeveer de helft van de kokosmelk in het bakje van de staafmixer tot een egaal mengsel.
3. Verwijder de schil van de gember en knoflook en hak fijn. Snij het witte en het lichtgroene deel van de lente-ui in grove ringen. Snij het donkergroene deel in dunnere ringetjes en bewaar in een schaaltje voor garnering. Kneus de citroengrasstengel met de achterkant van een mes en snij in 3 of 4 stukken.
4. Verwarm olie op middelhoog vuur in een soeppan en voeg de gember, knoflook, lente-ui en citroengrasstengel toe. Bak kort aan, let op dat de knoflook niet verbrandt, dat geeft een bittere smaak. Voeg de sambal toe en bak een minuutje mee tot de aroma’s vrijkomen.
5. Voeg de gemalen pinda’s toe, verkruimel het bouillonblokje erover en voeg al roerende de aangegeven hoeveelheid water en de rest van de kokosmelk toe, samen met de sojasaus. Breng aan de kook.
6. Schil intussen de zoete aardappel en snij in kleine blokjes van 1-2 cm. Voeg bij de soep en zet een timer voor 6 minuten.
7. Snij de steel van de paksoi in plakjes en het blad in repen. Voeg - als de timer gaat – bij de soep en kook 2 minuten mee.
8. Pers de limoen en voeg het sap toe. Verwijder de zaadlijsten van de rode peper en snij in dunne ringetjes. Doe in een bakje ter garnering.
9. Verwijder de stukjes citroengrasstengel uit de soep voor serveren. Roer de noedels erdoor. Serveer de soep met de lente-ui en de rode peper.