Gekruide speklappen, geroosterde bloemkool met atahin en skordelia

Recept stappen

1. Verwarm in de oven voor op 200 °C.
2. Pel 1/3 van de teentjes knoflook en pers uit. Maak een marinade van de ketjap, de knoflook, het gemberpoeder en een de bruine suiker. Leg de speklapjes erin bedek met marinade en laat ze een uur marineren.
3. Maak in de tussentijd de bloemkool, tahinsaus en skordelia.
4. Verdeel de bloemkool in roosjes. Meng olijfolie, komijnpoeder en de bloemkoolroosjes goed en bestrooi met peper en zout. Bedek de ovenplaat met bakpapier en verspreid de bloemkool er over. Bak ca. 25 minuten tot de bloemkool gaar en lichtbruin is.
5. Maak de skordelia terwijl de bloemkool in de oven staat. Kook de aardappels in de schil ca. 30 minuten tot ze helemaal gaar zijn. Pers terwijl de aardappels koken 1/3 van de knoflook uit en pers 1 citroen uit.
6. Giet de aardappels af en laat een beetje afkoelen. Pel de aardappel en stamp ze zeer fijn met een pureestamper of draai ze door een passevite.
7. Voeg de knoflook, citroensap naar smaak en 1/4 van de olijfolie toe. Roer krachtig met een houten lepel zodat alles goed gemengd wordt en de aardappel de vloeistoffen heeft opgenomen. Breng op smaak met peper en zout. Houd warm.
8. Maak terwijl de aardappels koken de tahinsaus. Pers de citroen uit. Wrijf 1/3 van de knoflook met wat zout fijn in een vijzel. Meng er de tahin en citroensap naar smaak door. Verdun zo nodig met een beetje water en breng op smaak met wat zout indien nodig.
9. Verwarm de grill van de oven. Bak de speklapjes onder de hete gril aan elke kant ongeveer 15 minuten. Let op dat ze niet aanbranden.
10. Serveer de speklapjes met de skordelia en de bloemkool met de tahinsaus.